<<Dag 23. Loch Lomond > Sallochy
15 augustus 2015
Vlak voor de wekker gaat, word ik wakker van de geur van worstjes op een barbecue. De schaduwen van het bladerdek van de bomen om ons heen dansen op het tentdoek en even ben ik bang dat we ons hopeloos verslapen hebben. Barbecues zou je normaliter toch pas ergens in de middag verwachten? Gelukkig gaat bijna meteen daarna mijn wekker: 7.45 uur. Fieuw! Een beetje suffig rol ik nog even met slaapzak en al tegen Tim aan, maar 15 minuten later is het dan toch echt tijd om op te staan. De etappe van vandaag is qua afstand niet super lang – maximaal 20 km – maar de route leidt over Conic Hill en dat is toch altijd een venijnig klimmetje.
Als we even later buiten onze backpacks weer vol staan te proppen, komt er een Franse vrouw naar ons toe. Het blijkt dat we dezelfde tent (een Eureka Keego2) hebben en daar is ze echt laaiend enthousiast over. Na een beleefdheidspraatje over hoe zo’n fijne tent we beide wel niet hebben en hoe wij onze noktentstok nog wel hebben en zij niet meer, krijgen we nog wat goed bedoeld advies over de beklimming van Conic Hill die vandaag voor ons op het programma staat. Omdat de Fransozen de WHW van zuid naar noord lopen, hebben zij die beklimming gisteren al voor de kiezen gehad en het was lood- en loodzwaar volgens de vrouw. Ik heb nog een soort trauma aan de vorige keer dat ik die bult op moest, dus de stress slaat me alweer om het hart. Leuk wel, zo’n vakantie. Ik spoor Tim aan om een beetje op te schieten met het inpakken van zijn tas en hijs mijn eigen gevaarte weer op mijn rug. De pijn aan mijn heupen van gisteren negeer ik maar gewoon even. Lopen met die handel, want hoe eerder we in Balmaha zijn, hoe beter.

De eerste paar kilometer van vandaag lopen we al kibbelend door een stukje bos en verder langs de oevers van Loch Lomond. Eeuwig zonde eigenlijk, want zo vergeten we helemaal te genieten van de omgeving die wel echt super mooi is. Het is eigenlijk een stralende dag vandaag, dus er zou helemaal geen plek moeten zijn voor dat gemopper. Maar goed, ik heb me weer op laten jagen door iemand anders en dat moeten we nu allebei bezuren. Na ongeveer 5 kilometer is de ruzie weer bijgelegd en hobbelen we een stuk vrolijker langs de camping waar we gisteren eigenlijk hadden willen slapen. Stiekem ben ik erg blij dat we gisteren niet door zijn gelopen, want dat was nog best een pittig stukje geweest. Tijdens het lopen dwalen mijn gedachten af en toe af naar 2012 toen ik hier samen met Lisa liep (van zuid naar noord). We hadden het allebei toen ontzettend zwaar op dit stuk en ondanks dat Tim en ik er al bijna 370 kilometer op hebben zitten deze vakantie ben ik in de verste verte niet zo moe als toen. Gelukkig!


Naarmate we dichterbij Balmaha komen, wordt het steeds drukker op het pad. De stroom mensen die aan hun, waarschijnlijk, tweede etappe zijn begonnen lijkt echt op gang te zijn gekomen op dit moment. Na een gemeen stijl klimmetje (met wel heel mooi uitzicht over het Loch) dalen we dan soort van eindelijk af naar Balmaha. Eindelijk even wat bredere paden om over te lopen, waarbij je niet steeds aan de kant hoeft. Bij de dorpswinkel stoppen we even om wat laatste dingen in te slaan voor de rest van vandaag en morgen, en om even pauze te houden. Om ons heen gonst het van de mensen die een dagje Conic Hill gaan beklimmen, het Loch bezoeken, of de WHW lopen. Ik hoop stiekem dat de meeste mensen richting het noorden vertrekken, zodat we straks een beetje door kunnen lopen naar boven. Het liefst zou ik die heuvel zo snel mogelijk achter de rug hebben. ‘Zullen we weer verder?’ Ik kijk Tim half vragend, half gestrest aan. ‘Ja laten we dat maar doen, he?’ Rugzakken op en gaan maar weer.

In Balmaha bevindt zich ook een bezoekerscentrum voor het Loch Lomonds & The Trossachs National Park met een daarbij behorende (vrij grote) parkeerplaats die ook behoorlijk vol begint te raken en die we eerst over moeten. Een flinke stroom mensen loopt vanaf die parkeerplaats in de richting van de gevreesde heuvel. Great! Ik begin me alweer helemaal op te fokken, maar besluit dan dat dat waarschijnlijk toch geen zin heeft. Op de een of andere manier lukt het me om mijn hoofd leeg te maken en me volledig te focussen op de beweging van mijn benen. Gewoon de ene voet voor de andere. De meeste mensen gaan gelukkig ook nog vrij snel aan de kant voor ons, waardoor we eigenlijk vrij makkelijk door kunnen lopen. De beklimming zelf valt me eigenlijk ook 100% mee. Voor ik het weet zijn we al halverweg en binnen een uur nadat we uit Balmaha vertrokken, staan we ook al op het hoogste punt van de HWH op deze heuvel. Onderweg naar boven kregen we vooral bewonderend commentaar van onze mede-wandelaars en dat werkt dan ook weer motiverend om nog even door te zetten. Na een korte fotosessie en een halve Double Decker, besluiten we toch eerst maar even naar beneden te lopen voor we uitgebreider pauze gaan houden. Het is namelijk best fris boven en er is weinig beschutting om even uit de wind te zitten.




Ook de afdaling gaat veel sneller en soepeler dan gedacht. Waar heb ik me in hemelsnaam zo druk over gemaakt, vraag ik me af. ‘Sorry, dat ik zo gestrest was, hoor, maar ik dacht echt dat we veel langer onderweg zouden zijn.’ ‘Ach ja, beter dit dat het niet nodig was, dan andersom, toch?’ luidt het redelijk nuchtere antwoord van Tim. Dat klopt misschien ook wel weer. Oh well. Eenmaal beneden besluiten we op een paar stenen bij een waterval even te gaan zitten voor een welverdiende kop koffie. De Franse mevrouw van vanmorgen had het over een gigantische hamburger die zij na haar beklimming had verorberd en wij zitten hier met twee droge broodjes met stukjes chocopasta. Ach ja, verschil moet er zijn zullen we maar zeggen.


Vanaf deze pauzeplek naar onze eindbestemming van vandaag, Easter Drumquhassle Farm, is het nog ongeveer 9 kilometer. Op zich is dat in één keer te lopen, maar we besluiten bij de kruising met de Rob Roy Way om toch nog even een keer stoppen. De laatste kilometers gingen op zich best wel soepel, maar we hebben al vaker de fout gemaakt om dan toch maar door te stampen en dan kom je jezelf eigenlijk onnodig tegen. Daarbij hebben we nog tijd zat en moeten we allebei even plassen, dus is een pauze wel even welkom. Het afgelopen uur hebben we een beetje stuivertje gewisseld met twee Franse jongens met een ietwat arrogante uitstraling. Terwijl we een zoveelste mueslireep weg zitten te werken, gaan ze ons weer voorbij. Op een groet van onze kant komt geen reactie. Gezellig. ‘Zouden zij ook naar die camping gaan?’ ‘Geen idee, vast niet. Die gaan ongetwijfeld ergens in de bosjes staan met hun tent.’ Ik grinnik. Het zou me ook niets verbazen als we ze wel weer tegenkomen straks.

De laatste kilometers naar Drymen lopen geleidelijk naar beneden. Ook wel eens fijn! Via een drukke weg en daarna een weiland met een kudde koeien (hoezo contrast) komen we uiteindelijk op de weg naar de camping. Nog een paar kleine klimmetjes die venijnig aanvoelen aan onze benen en dan hobbelen we voldaan de camping op, waar we oog in oog staan met, jawel, de twee Franse jongens. Tuurlijk! Helaas is het enige fatsoenlijke plekje dat nog vrij is zo’n beetje naast hun tent. Met de ingang de andere kant op staan we uiteindelijk naast elkaar. Heel gezellig. De rest van de avond blijf ik een beetje in onze tent hangen. Genoeg vreemde mensen voor vandaag, ik ga slapen!