29 juli 2009
De wekker gaat natuurlijk veel te vroeg. In de wetenschap dat mijn moeder zo toch wel naast me staat, druk ik hem uit en draai me nog eens om. Ik lig net zo lekker en ik ben behoorlijk moe, dus ik blijf liever nog even liggen. Ik draai me om, nestel me wat beter in mijn slaapzak en geef me weer over aan de slaap. Een uur later staat mamma naast me: “Wakker worden, het is al 7.30 uur. Over een half uur moeten we varen, dus een beetje voortmaken aub!” Van schrik schiet ik overeind en stoot mijn hoofd tegen, jawel, de lamp boven me, die natuurlijk meteen naar beneden valt voor de zoveelste keer deze vakantie. “Rot ding!” Met een hand op de pijnlijke plek op mijn hoofd morrel ik met mijn andere hand de lamp weer aan het plafond. Nou, goed begin van de dag, je verslapen en je hoofd stoten. Ik ben wakker!
8.45 uur – Wonder boven wonder is het ons gelukt om op tijd te vertrekken uit Rudkøbing havn. De vroege morgen lacht ons tegemoet. De lucht is strak blau, de zon schijnt en de zuidoosten wind geeft ons een lekkere snelheid tussen de vrolijk gekleurde boeien door. Heerlijk! Maar niet heus! Het is zwaar bewolkt, niet bepaald warm, we hebben de wind tegen (uit het zuiden) en de boeien die de vaargeul markeren lijken meer op groot uitgevallen, afgedankte en toen opgeverfde toiletborstels. Amper te zien tot je er bijna tegenaan vaart. Ik denk meteen aan de prachtige en vooral duidelijke bebakening in Nederland. “Ik hou van Holland!” En dat denk ik niet voor de eerste keer deze vakantie.
10.30 uur – Vanuit de kajuit zie ik ook Marstal bij me langs glijden en uit het zicht verdwijnen. Het feit dat we teruggaan begint nu wel echt tot me door te dringen. Marstal zag er leuk uit. Had ik eigenlijk nog wel naartoe gewild, maar er is geen tijd meer en Seabreeze vaart onherroepelijk verder de Oostzee op richting de Kieler Bucht. “We zijn nog in Denemarken”, houd ik mezelf steeds voor, “we zijn er nog. We zijn nog niet weg.” Maar elke minuut brengt ons weet iets dichter bij de grens.
12.30 uur – Trrrring trrrrring… trrrring trrrring… bzzzt bzzzt bzzzt… Mijn telefoon gaat om me te laten weten dat er een smsje binnen is gekomen. “Oh leuk!” denk ik en ik graai naar het ding in de kast. Misschien van Silke of Lisa of van iemand anders. Snel haal ik de toetsenvergrendeling eraf en blader naar mijn inbox. Nieuwsgierig! Afz: T-Mobile. “Welkom in Duitsland.” D’oh! Weg Denemarken. Nou ja, dag Denemarken! Daaaag! De bedste ønsker! Toesen tak! Het was leuk! Het was super! Hopelijk tot volgend jaar! We komen in ieder geval terug en tot die tijd hebben we de foto’s en de film en een hele grote (en dure) Danebrog om ons eraan te herinneren hoe leuk het was. Eerst maar eens behouden thuis komen, want het is net als bergbeklimmen. Je doel is de top, maar je moet ook nog weet terug.
16.30 uur – Met moeite ruk ik me los uit het boek dat Lars eigenlijk moet lezen voor literatuur. Het boek waar Lars al de hele vakantie over doet, dat 465 pagina’s telt en waarmee hij nog niet op de helft is. Dat boek heb ik bijna in een dag uitgelezen. Bijna, want ik heb het bijna uit en ik kan/mag nu niet verder lezen, want ik moet helpen met aanleggen. Ik zucht, maak een vouwtje in de bladzijde en klap het boek dicht. Ik kijk op en er gaat bij wijze van spreken een wereld voor me open. De Olympiahaven strekt zich voor me uit. Hoe gaaf is dat! In 1972 vonden hier de Olypmpische Spelen plaats en nu varen wij hier en misschien liggen we straks wel in de box van de Olympisch kampioen in de drakenklasse! Zeer vet! Maar ik word nu snel uit mijn droom gehaald. Er is een box gevonden en er moet aangelegd worden. De landvasten zijn natuurlijk veel te kort en dus moet er weer gewerkt worden met de paalsteekmethode. De palen komen steeds dichterbij en terwijl ik razendsnel een paalsteek in de landvast leg, komt mijn vader erachter dat hij eigenlijk helemaal geen paalsteek kan. Argh! Nog net op tijd pruts ik de paalsteek erin en worden de lussen om de palen heen geprutst. Geweldig, lang leve de “opletters”! Want als je na 11 jaar nog geen paalsteek kunt, vraag ik me ten zeerste af wat je al die tijd eigenlijk gedaan hebt.
